Buffalo Camp

Buffalo Camp bevindt zich op eeen absoluut idyllische plaats, ongetwijfeld in een van de mooiste stukjes North Luangwa. Het wordt beheerd door de legendarische Mark Harvey, zonder enige twijfel een van de beste en meest professionele gidsen van Zambia en ruime omgeving. Mark is de zoon van John Harvey en de kleinzoon van Gore Brown (de kasteelheer van Shiwa N’Gandu). Het kamp, een van de drie kampen die IN North Luangwa National park liggen, focust fundamenteel op wandelsafari’s: te voet worden hele stukken van het gebied verkend. Close encounters met allerhande wild is er vanzelfsprekend. Telkens opnieuw toont Mark en zijn team zich uiterst professioneel. Tegelijk is Buffalo het enige kamp binnen North Luangwa dat kinderen accepteert (en ze meeneemt op wandeltochten).. de eerste wandeling wordt een beetje de kat uit de boom gekeken: hoe gedragen de kinderen zich?. Eens die het vertrouwen van de gidsen gewonnen hebben wordt ‘den al’ gedaan.... Om er te geraken moet je een zeer dor en troosteloos landschap door.Het kamp zelf, dat na de zware regens van 2007 zowat 500 meter naar het zuiden verplaatst en heropgebouwd werd, ligt in een groene oase aan de rand van de Malweshirivier die er ruim 100 meter breed is.. Je kijkt uit over een intens groen landschap. Het kamp zelf ligt ook in een groene oase. Het betaat uit een vijftal strooien gastenhutten met telkens drie bedden (met klamboe) gebouwd rond een centraal plein. Elke hut heeft een aparte douche- en toiletruimte. ´s Ochtends en ´s avonds wordt warm water voorzien. Alle hutten zijn gesloten in de richting van het centrale ‘plein’ maar  hebben een open uitzicht op de rivier en het landschap aan de overkant van de rivier.Er zijn enkele hutten waar gekookt (groenten worden ter plaatse gekweekt) wordt en een centrale boma gebouwd uit riet en houten stammen. De boma met bar geeft een knap uitzicht op de rivier. Tevens is er een ‘terras’ waar elke avond een kampvuur wordt aangelegd. Je kan er terecht op basis van Full board of op basis van self catering. Self catering houdt in dat je een hut hebt maar zorgt voor eigen eetmalen, je betaalt desgevallend je gamedrives, wandelingen en alle extra’s apart. Full Board is werkelijk alles inbegrepen. Gasten eten gezamenlijk met Mark Harvey en personeel. Iedereen maakt volwaardig deel uit van het kampleven. Een normale dag begint met een warme douche en een copieus ontbijt tegen zonsopgang (zes uur). Ten laatste om 7 uur begint een ochtendwandeling (soms vanuit het kamp, soms word je met de wagen weggebracht en stap je terug naar het kamp). Je bent terug in het kamp tegen goed 12 uur. Daarna wordt een lichte luch genomen en gerust. Er wordt opnieuw gestapt van 15 uur tot zonsondergang (18 uur). Waar je dan bent komt een wagen je ophalen. Het aperitief wordt steevast op een of ander subliem uitzichtpunt genomen terwijl de zon ondergaat. Daarna gaat het de wagen in en ben je vertrokken voor een nightdrive. Tegen goed 19.30 ben je terug in het kamp. Je krijgt een half uurtje om op te frissen en wordt om 20 uur aan tafel verwacht voor een overheerlijk avondmaal.

Jaar
2008
Prijs
De prijzen zijn per dag en in US $ :

Basisprijs Volwassene Kind
per dag
Full Board 375 375 185
Park fea 20 inbegrepen inbegrepen


Self-catering 120 120 60
Game drive 40 40 20
Walks 25 25 12,5
Park fee 20 20 0
Bed Levy 10 1
Waardering
5
Ligging
Vanaf de Malweshirivier gaat het snel naar beneden, het wordt even snel warmer. We rijden hoofdzakelijk tussen de bomen en zien nu en dan een glimps van de Luangwa vallei onder ons. Hoewel de piste bijzonder comfortabel rijdt zou een te hoge snelheid niet verstandig zijn: er zijn enkel steilere stukken en een paar gemene bochtjes.  De piste blijft in uitstekende staat tot we na 18 kilometer aan de goed bewaakte electrische hekken komen van het Rhino Sanctuary. Hier wordt de piste minder goed maar blijft ze degelijk berijdbaar. Goed 7 kilometer na de electrische hekkens rijden wij een airstrip op. Sinds we de Greath North Road verlaten hebben zijn we nu 600 meter gezakt. Nog 300 meter te gaan. We houden de strip zelf rechts van ons en rijden naar twee gebouwtjes waar een parkwachter een babbeltje met ons doet. We kiezen de piste tussen de twee gebouwtjes in en enkele haarspelbochten later bevinden we ons enkel honderden meters lager vlak voor de Luangwa rivier, hier nog een kleine ondiepe stroom in een bedding van om en bij de 100 meter breed met al bij al 5 à 10 meter water dat moet overgestoken worden. De bodem is stevig en enigzins rotsachtig. Oversteken is dus geen enkel probleem (behalve de olifant die op onze weg stond). Na de rivier is het nog 4,5 kilometer –en twee gemakkelijke droge rivierbeddingen- verder tot de uitgang van de Rhino sanctuary. De piste blijft tot dan even goed als het vorige stuk. Onmiddellijk na de uitgang stoten we op een splitsing met richtingwijzers. Rechtdoor leidt recht door het Nationale park naar de Zuidelijke uitgang, rechtsaf  maakt een loop rond het park en leidt naar de enkele kampen die het park rijk is. We zijn nu werkelijk in de vallei zelf.. de piste verandert drastisch van kwaliteit. Hoewel er nog steeds kan gereden worden, rijden wij over de typische hobbels van uitgedroogde black cotton. Alles rammelt en kraakt. Soms wordt het zanderig: steevast de aankondiging dat we even later een zanderige droghe rivierbedding doormoeten. De piste leidt vaak door onoverzichtelijk hoog opgeschoten gras. De ramen moeten dicht omwille van de aanvallen van hordes Tsetse die bijzonder pijnlijk bijten. Er zijn enkel bijzonder kort te nemen bochten. We winnen weer aan comfort wanneer de weg duidelijk naar het Oosten  afbuigt.  We rijden nu door een uitermate dor en uigedroogd shrublandschap. De weg naar Buffalo’s is goed aangeduid.We vertrokken uit Natwange om 8 uur en bereikten Buffalo’s op de middag. Hierbij dient rekening gehouden te worden met een oponthoud van iets meer dan één uur door een onverstoorbare olifant, een pick-nick stop, enkele stops om wild waar te nemen en twee gezellige stops voor een babbel met de parkwachters. , North Luangwa National park, North Luangwa